Een aantal keer per jaar ben ik “alleenstaande moeder”. Dan is de Wederhelft een paar dagen weg voor een beurs, meeting, of zoals nu, op jaarlijks mannenweekend.
Uiteraard is dat geen probleem. De data liggen meestal al lang op voorhand vast, dus zo’n dagen worden prima opgevangen. Lees: boodschappen worden op voorhand gedaan en de was en de strijk worden vakkundig genegeerd. Kortom, alles staat in teken van de kinderen zo’n dagen. Nu ze wat ouder zijn, kunnen ze het ook beter relativeren dat Papa hen een paar avonden niet kan onderstoppen. Het feit dat Kind 1 en 2 papa’s plekje in bed mogen inpalmen, helpt enorm. En ik geniet er ook van natuurlijk, wat had je gedacht.
Wat ik op zo’n dagen het moeilijkste vind, is de afwezigheid van een mede-volwassene. Iemand met wie je ’s avonds de dag kunt overlopen. Iemand die mee de rotzooi in de keuken opruimt. Gewoon, een gesprekspartner. Een paar dagen alleen met de kinderen doen me altijd nog meer beseffen hoe gelukkig ik ben met mijn Wederhelft. Hoe fantastisch het is altijd op hem te kunnen rekenen.
Daarom mijn diepste respect voor alle mannen en vrouwen die er elke dag weer opnieuw, gewild of ongewild, bewust of onbewust, alleen voor staan. Hoe goed je ook georganiseerd bent, hoe hard je ook je best doet, het moet pittig zijn.
Petje af voor hoe jullie het iedere dag weer voor elkaar krijgen!