In 2009 trouwden we. Na onze huwelijksdag vertrokken we meteen met de rugzak een maand naar Brazilië. Ik hield toen elke dag een dagboek bij. Tijdens het inpakken voor de verhuis, kwam ik het weer tegen en nu wil ik het vastleggen op de blog.
We maakten deze reis in 2009, dus gebruik het als inspiratie of ter ontspanning, maar pin ons niet vast op de juistheid van de toeristische informatie 🙂
13 oktober
De wekker stond weer om 6 uur en het beloofde een schitterende zonnige dag te worden.
Om kwart voor 8 stonden we klaar bij de bushalte waar volgens de receptioniste de bus naar Ouro Preto zou vertrekken. Toen we de bus om kwart over acht effectief aan zagen komen, waren we heel blij. Onze blijdschap was echter van korte duur, want we mochten niet mee. Blijkbaar hadden we op voorhand een ticket moeten kopen *oeps* bij een andere halte.
We probeerden een taxi te stoppen, maar we kregen het niet uitgelegd waar we heen moesten, dus dat was een verloren zaak. Net op het moment dat we besloten om terug naar het hotel te lopen, sprak een meisje ons aan in perfect Engels. Ze had ons zien sukkelen en besloot ons te helpen.
Volgens haar moesten we niet naar het busstation gaan, want dat was te gevaarlijk, maar moesten we gewoon een halte verder wandelen en daar een half uur later de volgende bus nemen. Zo gezegd, zo gedaan. Een half uur later kwam effectief de volgende bus, maar die zat ramvol. Weer geen geluk dus.
We hadden ook gelezen dat er personenauto’s zouden stoppen om te vragen of we mee wilden rijden naar Ouro Preto. Zij had ons dat afgeraden omdat je natuurlijk nooit weet bij wie je in de auto stapt. Eigenwijs als we zijn, besloten we het er toch op te wagen. Er stopte een klein aftands autootje, we stapten in en daar gingen we. We pikten onderweg nog 2 mensen op, dus de auto zat goed vol. Rob moest vooraan zitten en – echt waar- de voorruit tegenhouden! Door de hobbels op de weg zou die er anders uitknallen.
We werden uiteindelijk zonder problemen voor de deur van onze jeugdherberg afgezet, pure luxe! In de jeugdherberg spraken ze geen woord Engels maar brachten ze ons gelijk naar onze kamer. Een klein muffig hok zonder ramen en de geur van vochtig beddengoed, maar dat kon ons niets schelen.
Vrijwel meteen trokken we de stad in. Alles was er vrij dicht bij elkaar, maar het was er wel erg heuvelachtig. Beetje puffen en blazen gezien de hoge temperaturen.
Van op het centraal plein in de stad vertrokken allerlei kleine straatjes en steegjes. We wandelden willekeurig ergens heen en bezochten wat kerkjes, typisch voor Ouro Preto. Op de toeristische dienst kregen we een stadsplannetje zodat we makkelijk het busstation zouden vinden. We moesten immers nog kaartjes regelen voor de nachtbus naar Rio van de volgende dag.
We liepen langs het Parque dos Contos, het stadspark. Heel mooi aangelegd en helemaal niet druk. Het deed deugd om wat verkoeling te vinden tussen de bomen.
We trakteerden ons op een lekkere milkshake en bezochten daarna nog de Casa dos Contos. Een klein museum over de geschiedenis van het geld. Het stelde niets voor, maar het gebouw zelf was erg mooi.
Na de middag gingen we ons opfrissen in de jeugdherberg om daarna lekker romantisch uit eten te gaan bij Chefé Gérais. Mega mega aanrader! Rob at een gegratineerde pasta en ik ‘filet do Chefé’, een ongelofelijk malse biefstuk met honing-wijnsaus. We genoten volop en sloten de avond af met een taxirit door de mooi verlichte stad.
Terug in onze kamer gingen we ‘even’ liggen om 20u en we schoten om 4 uur pas weer wakker om dan echt te gaan slapen.
Morgen: wandelen door de stad en voor het eerst een nachtbus nemen